Verkiezingswoede

door René Diekstra
Bord_Verkiezingen_Tweede_Kamer

Als ik de telefoon opneem, hoor ik meteen aan haar stem dat er iets flink mis is.Het is de ochtend na de verkiezingen. “Ik heb aan je gedacht” begin ik om haar het spreken gemakkelijker te maken. Met verstikte stem en een ondertoon van woedende tranen zegt ze: “Maar hoe kan dat nou, die partijen die alle ellende hebben aangericht hebben gewonnen en de partijen van die twee die het allemaal boven tafel hebben gekregen, Renske Leijten  (SP) en Pieter Omtzigt (CDA), die partijen hebben verloren!”. Waar ze op doelt is de zogenoemde Toeslagenaffaire waarin tienduizenden ouders door de Belastingdienst en andere instanties ten onrechte als fraudeurs zijn weggezet en door boetes en terugbetalingsdwang in ernstige financiele problemen zijn gebracht. Niet zelden met enorme gevolgen voor hun leven, zoals gezinsontwrichting, verlies van relatie of huwelijk, van woning en van lichamelijke of psychische gezondheid. De vrouw die ik aan de telefoon heb, Fatima, is een van degenen die daardoor in ernstige problemen zijn gekomen. Op verzoek van haar advocaat heb ik enkele gesprekken met haar. Bij tijd en wijle heeft ze  woedeuitbarstingen of stikt ze bijna in haar woede over wat de overheid in haar leven allemaal kapot heeft gemaakt en vooral ook over het feit dat daar niemand echt voor verantwoordelijk wordt gesteld. “Ze komen er allemaal gewoon mee weg” zegt ze woedend in ons telefoongesprek. “Geen ambtenaar zal er voor veroordeeld worden”. En in de verkiezingsuitslag ziet ze enkel bevestiging van het feit dat ook de politici die dat allemaal hebben laten gebeuren, zeg maar Rutte en de zijnen, met de zegen van het Nederlandse volk gewoon kunnen blijven zitten. “Je bent toch zelf fraudeur als je anderen onterecht, zonder enig bewijs, van fraude beschuldigt en voor de rechter sleept die daar ook nog eens in meegaat. “Ik snap het gewoon niet” zegt ze keer op keer. “Daar ligt toch dat rapport van nog geen drie maanden oud. Ongekend Onrecht heet het nota bene!! Daar staat in dat  bij de behandeling van ons, wat heet ons, van tienduizenden, de grondbeginselen van de rechtstaat zijn geschonden. Het kabinet is toch niet voor niets afgetreden! Maar dan zonder enige straf zetten de kiezers ze  gewoon terug op hun pluche stoelen. Wat is dit voor land? Wat zijn dit voor mensen?” Dan volgt er een serie scheldwoorden, die ik hier niet zal herhalen, maar die ik op haar  manier naar de verkiezingsuitslag kijkend, wel degelijk begrijp. Alleen, ze heeft contact met mij gezocht om haar te helpen haar woedeuitbarstingen  beter te hanteren. Ze maakt daarin niet zelden zelf dingen kapot, jaagt haar kinderen angst aan en vervreemdt anderen van haar. Bovendien overvallen haar na een woedeuitbarsting vaak ook een tijdlang depressieve buien. Kortom, zo lang ze die woedeuitbarstingen niet beter leert hanteren of voorkomen is ze eigenlijk op twee manieren slachtoffer. Van de overheid, en van zichzelf. Aan het eerste kan ik, met verdriet in het hart, weinig doen, aan het tweede des te meer.

 

 

Foto van Wouter Engler, WikiCommons licentie: https://commons.wikimedia.org/wiki/File:Bord_Verkiezingen_Tweede_Kamer_2012.jpg