Openbaren of onderdrukken?

door René Diekstra
shutterstock_149406659

Sinds kort is er een landelijke campagne gaande onder de titel ‘Hey, het is oké’ en met als motto ‘de angst die je draagt, hoef je niet te verbergen’. Doel ervan is angsten en angststoornissen meer bespreekbaar te maken. Dit vanuit de veronderstelling dat  als mensen meer voor hun angsten durven uitkomen en er met anderen over praten, ze er minder last van zullen hebben en eerder hulp krijgen waar nodig. Maar is het wel altijd zo gunstig  anderen deelgenoot te maken van onze angsten of zij ons van de hunne? Het onderzoek laat zien dat het voor kinderen en jongeren overwegend goed is als ze voor hun angsten uit kunnen of mogen komen. Dat leidt vaak tot vermindering of zelfs verdwijnen ervan en het vermindert een naast gelegen angst, namelijk de angst abnormaal te zijn. Geldt dat ook voor volwassenen? Ooit waren mijn vrouw en ik met drie jonge kinderen, 3, 8 en 9, op weg naar Italie toen zij ernstig ziek werd en in een ziekenhuis in Neurenberg een ingrijpende operatie moest ondergaan. De kinderen waren heel erg bang dat ze daar dood zou gaan en vroegen me herhaaldelijk of ik daar ook bang voor was. Dat was ik ook maar ik heb steeds gezegd dat ik dat niet was en hen verzekerd dat het goed zou komen. Die verzekering bleek voor hen iedere keer als we haar in het ziekenhuis hadden bezocht of s’avonds in de hotelkamer voordat ze gingen slapen, heel geruststellend. Maar sliepen ze eenmaal dan gaf ik in mijn dagboek woorden aan mijn eigen angsten. Dat pendelen tussen onderdrukken en verwoorden hielp mij, en ik denk via mij ook de kinderen, de bedreigende situatie zo goed mogelijk het hoofd te bieden. Ik zou er verkeerd aan gedaan hebben in die situatie de kinderen met mijn angst angstiger te maken. Zoals een chirurg die’ ja’ zegt als je hem vlak voor jouw  open hartoperatie vraagt of hij angst heeft straks fouten te maken, (chirurgen hebben soms die angst) in de verkeerde situatie uiting aan zijn (faal)angst geeft. Dat hoort hij elders te doen, bij zijn opleider, coach, therapeut of dagboek. Of zoals de stewardess die terwijl jij bij slecht weer haar toestel instapt, laat merken zelf vliegangst te hebben. (Een aantal steward(essen) heeft die angst). Die hoort ze elders te uiten. Voor volwassenen is zowel de vaardigheid om angstgevoelens te kunnen openbaren, bespreekbaar te maken, als de vaardigheid ze te kunnen onderdrukken, ze voor zich te houden, van groot belang. Het gaat om het vinden van een balans daartussen en die verschilt van situatie tot situatie. Anders gezegd, doen alsof je oké bent terwijl je niet oké bent, is in bepaalde situaties oké. Dat kan de mensen om je heen tegen (onnodige) angst of paniek beschermen en het helpt jou tegen de angst in te blijven functioneren. Conclusie? Je positieve invloed op anderen hangt soms ook af van de angsten die je besluit niet te delen.