Psychologisch ben je een ei

René Diekstra
eggs-g07c33d3c2_1280

Het kan je gemakkelijk gebeuren. Op een zonnige lentedag terwijl je voorbij een terras komt waar een aantal mensen zitten, voel je opeens hun blikken op je gericht. Het waarschijnlijke gevolg? Toenemend zelfbewustzijn, onbehagen en spanning. Waardoor je tred vaak onzekerder, labieler of onhandiger wordt. Of in ieder geval voelt het zo. Wij kunnen nu eenmaal niet goed objectief of neutraal op onszelf letten. Zelfreflectie betekent vrijwel altijd ook, voor kortere of langere tijd, zelfverandering. Ook anderen vragen op ons te letten en te vertellen wat zij aan ons opmerken, heeft dat onzekermakende effekt. Vraag maar eens iemand uit je directe omgeving wat hij of zij van jou vindt, of wat voor effekt jouw gedragingen en reacties in positieve en negatieve zin op hem of haar hebben of in het verleden hebben gehad. Vraag en antwoord veranderen de onderlinge omgang vaak zozeer dat jullie niet zonder meer op de oude voet kunnen doorgaan. Maar juist dat ont-regelende, dat doorbreken-van-oude-patronen-effekt van zelfreflektie is zo belangrijk. Het is voorwaarde voor nieuwe omgang of vriendschap. Voor zelfvernieuwing kortom.  Maar gewoontedieren als we zijn, hebben we de neiging om op alles dat ons uit ons gewone doen brengt, en dus ook op zelfreflektie, met vermijding, ontkenning of angst te reageren. Een van de meest indrukwekkende voorbeelden daarvan is voor mij nog altijd het gesprek dat volgens het Nieuwe Testament plaatsvond tussen Jezus en Petrus, kort voor de eerste werd gearresteerd en gekruisigd. Jezus zegt tegen Petrus dat deze hem na zijn  arrestatie zal verloochenen, tegen anderen zal ontkennen dat hij ook maar iets met hem te maken heeft gehad. Petrus ontkent bruusk en in alle toonaarden dat hij zoiets ooit zal doen. En doet het vervolgens toch bij herhaling. Zo’n mordicus  ontkenning is typerend voor iemand die weigert  om zich over zichzelf  te buigen en de vraag te stellen: ‘zou het waar kunnen zijn dat ik onder bepaalde omstandigheden inderdaad onbetrouwbaar, laf of angstig zal reageren?’’ Die weigering heeft te maken met de angst om het gangbare beeld dat je graag van jezelf omhoog wilt houden, ter discussie te stellen. Carl Gustav Jung, leerling en later collega van Freud, vergeleek ons zelf-beeld ooit met de schaal van een ei. Willen we ons wezen, dat wat binnen in de schaal huist, tot leven brengen, ontwikkelen, dan moet de schaal gebroken, ons zelfbeeld vernieuwd worden. Dat voelt vaak kwetsbaar, bloot, onveilig, beangstigend zelfs en we hebben de neiging dat zoveel mogelijk te vermijden. Terwijl het verbreken van de schaal, het doorprikken van onze buitenkant, in de loop van ons leven juist met een zekere regelmaat moet gebeuren. Vandaar Jungs ‘recept’ vóór of na Pasen: kook een paar eieren, nodig iemand bij je uit waarmee je vertrouwd en veilig kunt praten, breek de schaal van een ei en maak het afpellen tot het startpunt van een gesprek. Een gesprek waarin je mogelijk het verschil tussen je buiten- en binnenkant uitlegt of uitgelegd krijgt. De kans is groot dat je als een ander mens weer opstaat.

 

 

Image by WOKANDAPIX from Pixabay