Dankzij leegte

Het is nog vroeg in de ochtend, het heeft gesneeuwd vannacht en de zon komt net op. Vanuit mijn studeerkamer heb ik uitzicht op de singel vóór mijn huis en het park aan de overkant. De stille pracht van de wereld daarbuiten,  de oplichtend sneeuw op de singeloever en de bomen, de windstilte, het bewegingsloze  bevroren water met hier en daar een eilandje van sneeuw erop, en de afwezigheid van mensen, dat alles maakt mij ook innerlijk stil. Hoe stiller en hoe leger de wereld, hoe meer ze gedachten, mijmeringen, lijkt uit te nodigen. Naar buiten kijkend komt bij mij de herinnering boven aan een gesprek over het belang van leegte  dat ik onlangs tijdens een van mijn cursussen in China met een deelnemer had. Hij doceert filosofie van de Tao aan de universiteit van Chongqing. Tijdens een koffiepauze hadden we het over iemand die we beide kennen van een eerdere cursus. Maar ik kon niet zo gauw op diens naam komen. Hij ook niet. “Nou, laat maar”, heb ik op een gegeven moment gezegd en ben opgestaan om nog twee koppen koffie te halen. Maar ik was nog niet weg of draaide me al om en zei ‘ik weet ‘t weer, Jason is zijn naam’. Toen ik even later met koffie terugkwam, zei hij “Dat was wu wei”. Ik moet hem vreemd hebben aangekeken. Zo van ‘waar heb je het over’? De uitleg die hij vervolgens gaf, is diep in mijn geheugen gegraveerd. “Toen jij zojuist je inspande om die naam te vinden, lukte dat niet. En hoe meer je je inspande, hoe verder die naam uit je bewustzijn leek weg te glippen. Maar toen je stopte met je in te spannen, je geest als het ware leegmaakte, schoot die naam je vrijwel meteen te binnen. Wu wei staat voor het principe van de leegte. Om iets te kunnen vullen moet het eerst leeg worden gemaakt. Om iets te laten gebeuren moet je vaak juist niets doen. Dat is ook de reden waarom mediteren zo gunstig is. Je maakt je als het ware innerlijk leeg waardoor gedachten of ideeen die tot dan toe geen kans hebben gekregen, plotseling de ruimte krijgen om zich te melden”. En toen haalde hij uit zijn tas de Tao-Teh-King, het duizenden jaren oude taoistische spreukenboek, en las daaruit deze zin voor: “Uit klei worden potten gevormd, maar de bruikbaarheid van het vaatwerk berust op zijn leegte”. Oftewel, de bruikbaarheid en daarmee de gezondheid van onze geest berust op de mate waarin we deze regelmatig leeg weten te maken van lopende gedachten, ideeen, plannen. Hoezeer de Taoisten van het eerste uur daarin gelijk hebben gehad, bewijst hedendaags neuropsychologisch onderzoek. Om goed te functioneren blijkt ons brein regelmatig leegtes, pauzes, nodig te hebben. En daarbij helpt het zeer als ook de wereld om ons heen af en toe stil, leeg, is. Een leeg hoofd is een creatief, innovatief, hoofd.